Veilige opslag van gasflessen: een essentiële gids

Het veilig opslaan van gasflessen is van cruciaal belang om ongelukken en gevaarlijke situaties te voorkomen. Hier zijn enkele belangrijke richtlijnen en tips om ervoor te zorgen dat gasflessen veilig worden opgeslagen:

1. Locatie en Ventilatie

Buitenopslag:

Gasflessen moeten bij voorkeur buiten worden opgeslagen in een goed geventileerde ruimte. Dit vermindert het risico op ophoping van gas in geval van lekkage.

Bereikbaarheid:

Houd de opslag goed bereikbaar en vrij van obstakels.

De vloer van de opslagruimte moet minstens op hetzelfde niveau liggen als de omliggende vloeren en het maaiveld. Daarnaast moet de vloer vlak en gemaakt zijn van onbrandbaar materiaal.

Afstand:

Houd gasflessen op een veilige afstand van ontstekingsbronnen zoals open vuur, elektrische apparaten en vonken.

Lees de folder over verstikking

2. Opslagvoorzieningen

Rek of kooi:

Gebruik een stevig rek of een afsluitbare kooi speciaal ontworpen voor gasflessen. Dit voorkomt omvallen en onbevoegde toegang.

Zet de cilinders goed vast

Om omvallen te voorkomen, is het essentieel om gascilinders goed vast te zetten. De meest effectieve manier om dit te doen is door meerdere cilinders tegelijk in een rek te plaatsen en ze vast te zetten met een band, ketting of stang. Tijdens het gebruik moeten gascilinders echter individueel worden vastgezet om mogelijke risico’s te vermijden.

Niet alle gascilinders hoeven vastgezet te worden. Als de constructie van de gasfles zodanig is dat ze stabiel staan, is vastzetten niet noodzakelijk. Dit geldt doorgaans voor propaan- en butaancilinders en andere (gelaste) cilinders met een grote diameter.

Bescherming tegen weersinvloeden:

Volgens PGS 15 is het niet langer noodzakelijk om gasflessen te beschermen tegen weersinvloeden. Dit is een verandering ten opzichte van eerdere richtlijnen. De reden hiervoor is dat de risico’s van gasflessen voornamelijk worden bepaald door hitteaanstraling als gevolg van een brand in de omgeving, terwijl weersinvloeden een verwaarloosbaar risico vormen.

Opmerking: In een lege gasfles kunnen nog restanten gas aanwezig zijn, waardoor er nog steeds gevaren kunnen optreden. Als een gasfles geen afsluiter meer heeft, wordt deze beschouwd als een ijzeren cilinder en zijn er geen gevaaraspecten meer, waardoor opslag volgens de eisen van PGS 15 niet langer noodzakelijk is.

Plaats de gascilinders uit de buurt van warmte bronnen:

Voorkom open vuur of vonken, niet roken.

Plaats waarschuwingspictogrammen.

Verticale opslag:

Gasflessen moeten altijd rechtop worden opgeslagen en vervoerd. Dit voorkomt lekkages en zorgt voor stabiliteit.

Gebruik van beschermkappen:

Houd de beschermkappen op de kleppen van de gasflessen om schade te voorkomen.

Lees meer over veilig omgaan met reduceertoestellen

3. Regelmatige Inspectie

Controleer op lekkages:

Voer regelmatig inspecties uit om te controleren op mogelijke lekkages. Gebruik een sopoplossing om de kleppen en aansluitingen te controleren.

Onderhoud:

Zorg ervoor dat gasflessen en hun toebehoren goed worden onderhouden en tijdig worden vervangen indien nodig.

Let op vet op cilinders:

De aanwezigheid van olie of vet op zuurstofcilinders, of cilinders met een oxiderende inhoud, kan een reactie veroorzaken die kan resulteren in brand of explosie!

Lees meer over vet op cilinders

4. Veiligheidsmarkeringen en Instructies

Duidelijke markeringen:

Zorg ervoor dat alle gasflessen duidelijk zijn gemarkeerd met de inhoud en de gevarenklasse.

Gasflessen, behalve die voor propaan, butaan of koelgassen, hebben een kleurcode op de schouder die het gevaarsaspect van het gas aangeeft. Sommige gassen hebben hun eigen kleur. Deze codering is vastgelegd in NEN-EN 1089-3 en wordt meestal gevolgd door gasleveranciers, hoewel het niet wettelijk verplicht is.

De kleurcodering helpt bij de opslag van gasflessen volgens PGS 15, waarbij flessen met dezelfde gevaarsaspecten bij elkaar worden geplaatst. Dit voorkomt ook dat per ongeluk de verkeerde fles wordt gepakt. Hieronder staan de kleurcoderingen voor de meest voorkomende gevaarsaspecten.

Kleurenklasse gevaarsaspecten:

• Geel: giftig en/of corrosief
• Rood: brandbaar
• Lichtblauw: oxiderend
• Lichtgroen: inert

Aan sommige gassen zijn vaste kleuren toegekend.

• Argon: donkergroen
• Helium: lichtbruin
• Acetyleen: donkerbruin
• Zuurstof: wit
• Stikstof: zwart
• Distikstofoxide (lachgas): donkerblauw
• Koolzuur: grijs

Instructies en opleiding:

Zorg ervoor dat iedereen die met gasflessen werkt, goed is opgeleid en op de hoogte is van de veiligheidsprocedures.

5. Noodprocedures

Brandblusmiddelen:

Houd geschikte brandblusmiddelen in de buurt van de opslagplaats.

Evacuatieplan:

Stel een evacuatieplan op en zorg ervoor dat alle medewerkers weten wat ze moeten doen in geval van een noodsituatie.

Door deze richtlijnen te volgen, kun je de veiligheid van jouw opslagplaats aanzienlijk verbeteren en het risico op ongelukken minimaliseren. Veiligheid eerst!

Meer weten? 

Neem contact op met onze gasspecialisten, zij helpen je graag verder.

✉︎ gas@probintelder.nl

✉︎ gas@delastoorts.com